Grenzenonderzoek is belangrijk vooraleer aan het optimaliseren van systemen gedacht kan worden: de systeemgrens moet ergens vastgelegd worden. Elke systeemgrens is gebaseerd op een bepaald model, dat in eerste fase slechts weinig gespecificeerd moet worden en typisch leidt tot enkel ordinale gegevens.

De voordelen van de methode is dat men zich, binnen een bepaald concept, enkel bezighoudt met de grenzen waarbinnen aanvaardbare oplossingen moeten liggen. Dit betekent dat er nog een hele keuzevrijheid tussen die grenzen overblijft. Indien men dus beperkt wordt door andere vereisten aan het ontwerp expliciteert men hiermee wat de nog beschikbare manoeuvreerruimte is. Het onderzoek kan gebruikt worden in de situaties waarin onzekerheid bestaat over slechts een paar specificaties, waar men dus op zoek kan gaan naar een overlappend gebied. Men moet immers een aantal van elkaar onafhankelijke extremen kunnen bepalen.

Men kan hiermee dan ook de basis leggen voor een hele familie ontwerpen (verschillend bijvoorbeeld in materiaalgebruik, look, prestatie enz...)

Deze voordelen zijn ook de nadelen: elk onderzoek dat zo uitgevoerd wordt kan ook door anderen gebruikt worden.

1. Definieer de maten die men zal laten variëren

De maten zijn de mogelijkheden op een bepaalde as (minstens een ordinaal meting).

2. Bepaal de beide extremen op de ene waarde as

Men zal geen onderzoek verrichten in een gebied dat niet relevant meer is.

3. Zoek voor deze opdracht de juiste simulator

Een ontwerper mag nooit uit het oog verliezen dat een object dat in een onderzoek gebruikt wordt een enorme inpakt kan hebben op zijn omgeving en dus ook op de manier waarop het gebruikt kan worden, bijvoorbeeld de belastingen die het moet weerstaan (voorbeeld: een lichte flexibele weerstaat aan dezelfde belastingen als een zware stoel maar lokt een volledig ander gedrag uit).

4. Voor het onderzoek uit

Houd rekening met de aanpasbaarheid van het menselijk gedrag. Bestudeer daarom de volgende tabel waarbij een gebruiker gevraagd wordt om een maat (bijvoorbeeld de hoogte van een display) te evalueren die gevarieerd wordt tussen twee extreme waarden (15 en 1) .

Afmeting

Vraag bij afname

Antwoord bij afname

Vraag bij toename

Antwoord bij toename

15

Is dit redelijk?

Neen

Is dit redelijk?

Neen

14

Is dit redelijk?

Neen

Is dit redelijk?

Neen

13

Is dit redelijk?

Ja (maximum)

Is dit redelijk?

Neen

12

Is dit beter?

Ja

Is dit redelijk?

Neen

11

Is dit beter?

Ja

Is dit redelijk?

Ja (maximum)

10

Is dit beter?

Ja

Is dit redelijk?

Ja

9

Is dit beter?

Ja (optimum)

Is dit redelijk?

Ja

8

Is dit beter?

Neen

Is dit beter?

Neen

7

Is dit redelijk?

Ja

Is dit beter?

Ja (optimum)

6

Is dit redelijk?

Ja

Is dit beter?

Ja

5

Is dit redelijk?

Ja (minimum)

Is dit beter?

Ja

4

Is dit redelijk?

Neen

Is dit redelijk?

Ja (minimum)

3

Is dit redelijk?

Neen

Is dit redelijk?

Neen

2

Is dit redelijk?

Neen

Is dit redelijk?

Neen

1

Is dit redelijk?

Neen

Is dit redelijk?

Neen

Men kan de verzamelde gegevens (minima, maxima, optima) uitzetten op de abscis en het aantal waarnemingen op de ordinaat.